Dutch-NetherlandsEnglish (United Kingdom)
Sobiborinterviews.nl
 

Arbeitsjuden

Ook al was de enige bestaansreden van Sobibor het stelselmatig vermoorden van joden, er waren ook gevangenen tewerkgesteld om het kamp in stand te houden. In het begin waren er ongeveer honderdtwintig mannen en vrouwen, later steeg het aantal Arbeitsjuden tot circa zeshonderd. Uit de transporten werden jonge en sterke mannen en vrouwen geselecteerd, die zowel werden ingeschakeld bij het moordproces als aan het werk gezet ten dienste van de kamp-SS’ers. Al deze gevangenen stonden bloot aan de grillen van hun bewakers, die de gevangenen naar willekeur konden bestraffen. Vrijwel dagelijks werden er vaak voor het minste geringste gevangenen neergeschoten, neergeslagen of alsnog de gaskamer ingedreven; de vrij gekomen plaatsen werden opgevuld met nieuw aangekomen gevangenen. Na verloop van tijd besloot de kampleiding minder werkkrachten om het leven te brengen om de doelmatigheid van de arbeidsprocessen in het kamp niet te verstoren. Ook in Sobibor maakte de SS gebruik van Kapo’s, die uit de gevangenen gerekruteerd werden. Zij waren werkzaam als voorman of toezichthouder en genoten bepaalde voorrechten. Maar ook zij waren ervan doordrongen dat hen na verloop van tijd de gang wachtte naar de gaskamers in Lager III.

Evenals in de concentratiekampen was het leven van de Arbeitsjuden in Sobibor op militaire wijze georganiseerd. Er waren ochtend- en avondappèls en het werk werd verricht in verschillende Arbeitskommandos. Het waren de joodse leden van het zogenoemde Bahnhofkommando die de binnenkomende treinen moesten openen en de argeloze inzittenden aanspoorden snel uit de wagons te springen.Richter2416Later moesten zij ook de doden van een transport bergen en de treinen grondig reinigen. Verreweg de grootse groep gevangenen werkte in het ‘lompencommando’, dat de kleding en andere bezittingen van de slachtoffers moest sorteren, waardevolle voorwerpen verzamelen en iedere verwijzing naar de identiteit van de vroegere eigenaar verwijderen. De kleding werd in treinwagons geladen en naar het Duitse Rijk getransporteerd. Een andere groep gevangenen moest sieraden, goud, bankbiljetten en waardepapieren van de slachtoffers verzamelen en sorteren. Hoewel ook deze geroofde spullen officieel uitsluitend voor Duitsland bestemd waren, werd er in het kamp flink gestolen en kwam een intensieve smokkelhandel op gang. Toezicht-houdende SS’ers dwongen de gevangenen waardevolle voorwerpen aan hen af te staan, terwijl ook Oekraïense bewakers zich naar vermogen verrijkten en buiten het kamp drank en vrouwen betaalden met goud en sieraden. Soms slaagden gevangenen erin de Oekraïeners met waardevolle voorwerpen om te kopen en die te ruilen voor levensmiddelen en medicijnen.

Onder strenge bewaking was in het nabij gelegen bos het Waldkommando actief, dat bomen velde en in stukken zaagde. Het hout was nodig voor het verbranden van de lijken, die sinds de herfst van 1942 niet meer begraven werden. Weer andere groepen gevangenen verbouwden groenten en fruit of verzorgden het vee. Als Hofjuden werden de gevangenen aangeduid die de barakken van de SS’ers moesten schoonhouden of die werkzaam waren als kleermaker, schoenmaker, timmerman of juwelier. Uitsluitend vrouwelijke gevangenen waren belast met het knippen van het haar van de vrouwen die naar de gaskamers gevoerd werden. Nog veel traumatischer was het lot van de gevangenen die tewerkgesteld waren in Lager III, waar de gaskamers waren en de massa-executies plaatsvonden. Deze uitzonderlijk cynisch behandelde groep joodse gevangenen was volledig afgeschermd van de rest van het kamp en had ter vermijding van elk contact met de anderen een eigen keuken en wasserij. Hun taak was het de lijken uit de gaskamers te halen, gouden tanden en kiezen met grote tangen uit de gebitten te breken en de lijken vervolgens in het massagraf te werpen en met chloorkalk te bestrooien. Later werden de lijken uit de gaskamers direct verbrand. Ook moesten degenen die hier werkten de gaskamers schoonmaken en het bloed en de excrementen verwijderen. Door de fysieke en psychische uitputting konden zij dit werk vaak maar korte tijd uithouden; als zij de uitputting nabij waren, werden zij zelf vergast. Hun plaatsen werden onmiddellijk opgevuld met gevangenen uit weer een nieuw transport. Geen enkele gevangene die in Lager III moest werken, heeft Sobibor overleefd.

Lees verder over de opstand in Sobibor

Let op: opent in een nieuw venster AfdrukkenE-mailadres